Vrijheid blijheid

Het is niet dat de drank je echt gelijk van je realiteitszin af helpt, het is eerder dat hij je gunt je ware aard te tonen.

Al met 1 biertje op accepteren mensen je over-the-top opmerkingen, rare uitspattingen en uitdagende opinies. Want tja, het is de drank. Alles draait om de perceptie van anderen waarin ze menen dat je zonder alcohol wel controle hebt over deze grenspasseringen. Drank is er om ons een excuus te geven onszelf te zijn, de persoon die we ook al waren zonder de drank; maar die we niet mochten tonen omdat we in een rigide en bekrompen samenleving bestaan. Mensen willen weten dat je ze allemaal op een rijtje hebt, en dat die rare kant van je enkel ten toon wordt gesteld na het glaasje. Vertrouwen in elkander. ALLES moet je er aan doen om als een stabiel persoon over te komen, maar met alcoholisch vernuft ben je vrij.

En DAT is de reden dat mensen drank drinken. Niet omdat ze er los van worden, niet omdat ze het lekker vinden, nee, enkel en alleen om hun opgesloten persoonlijkheid te laten luchten. Dat er dan weer verschillende excuusjes worden gevonden voor drank, dat is bijzaak.

Een excuus voor het excuus dat mij bevrijdt.

 

Vies, lees dit niet.

Beseffen dat je als biologisch ‘meesterwerk’ de hele dag een beetje loopt rond te dolen om het hele zooitje indirect op gang te houden.

Waarschijnlijk zonder vleugje vrije wil baant het lichaam zich een weg naar die ongrijpbare utopische staat van geest. Dit alles puur omdat het geprogrammeerd is ideale omstandigheden uit te zoeken, omstandigheden die het paren met (in de meeste gevallen) de juiste geslachtstegenpool mogelijk maken.

Nadat dit is gebeurd is het gevoel van oneindigheid even bereikt, de natuur heeft zijn plicht gedaan. Maar dat is niet genoeg, nee. Ons parasitaire bestaan doet ons voortplanten tot we een ons wegen; en als de seks niet voor het oprapen ligt dan bedienen we onszelf van een ‘voor-de-gek-houdertje’. Heel even het idee dat je alles bereikt hebt, dat je braaf bent, en dat je je bestaan hebt bevestigd. Het leven een dienst hebt bewezen. Maar het enige dat je hebt bewezen is dat we die euforische staat van bewustzijn ook kunnen bereiken met behulp van een in elkaar gezakte pornoster op de buis en een rol wc-papier toe.

Het magische opbouwen van onze nakomelingen bestaat uit exact hetzelfde scala aan gevoelens als het wellustig masturberen op een ranzige overjarige troela die anaal een slagroomsoes naar binnen werkt. Toegegeven, mogelijk is de opbouw en directe afbouw ietwat onwennig vergeleken met de daad, maar als puntje bij paaltje komt zijn dezelfde hormonen aan bod geweest en is het eindresultaat hetzelfde.

Eén grote rotzooi voorzien van een royale dosis emotie.

Nieuwjaar

Ik plakte de plastic sterren tegen ‘t plafond
Want moeder zei me dat ‘t zo ook wel kon
Nog even aftellen en dan is die tijd daar
Achter de bank liggen er ook nog wel een paar
Tis toch jammer dat de zon niet zo fel schijnt
Omdat dan de gloed van mijn planeetstickers zo snel verdwijnt
Met een spiegel reflecteer ik het laatste beetje zon nog per ster op het plafond
Want moeder zei me dat ‘t zo ook wel kon
Vader en moeder gaan zo strakjes naar de kerk
En ik, ik zit thuis te kijken naar mijn aan het plafond geplakte plastic vuurwerk
10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0 gelukkig nieuwjaar
Overal in de wereld licht, wat klinkt dat toch raar
Hier in deze streek is niets anders dan het licht op mijn plafond
Want ja.. moeder zei me dat ‘t zo ook wel kon

Breintrein

Onbekende mysterieuze emoties, niet te omvatten vage vlagen van buiten de tijd/realiteit zweven en de meest onbegrijpelijke dimensies doorkruisen. Talloze identiteiten tegelijk zijn en tegelijk totaal geen. Entiteiten ontmoeten waarvan de oorsprong nimmer kan worden achterhaald. Niet meer inzien dat je ooit weer wakker zult worden. En dat alles tijdens je 16.00 uur slaapje.

Het brein maakt er soms een potje van.

Beetje

Jaja, we leven nog! Dat laatste steeds kleiner wordende clubje vrienden, dat eilandje net buiten de grote eilandenkring, dat dorpje met nog net 3 inwoners.

Het heeft iets, dat gevoel van dat er ergens nog leven zit. Niet veel, maar het is er wel. De hoop. De hoop dat de hoop stand houdt onder dat kleine beetje dinges dat overblijft. Het valt tevens ook in de categorie van medelijden krijgen met de sok die in zijn eentje in het midden van de kamer ligt. Naakt, ontbloot, zielig en alleen. We identificeren ons dan met die sok, we voelen hoe nietig en eenzaam we soms wel niet zijn en willen hulp bieden; je kan er gewoon niet van slapen.

Er zit nog liefde in ons, liefde voor het kind dat binnenin zijn laatste restjes fantasie stevig bij elkaar probeert te houden.

Vrijheid

Een wereld waarin euthanasie heel normaal is. Wanneer je leven je niet zint je er zo een einde aan mag maken. Vredig. Een wereld waarin mensenlevens niet zo sentimenteel overgewaardeerd worden. Waarin men leeft met de vrijheid van zijn eigen bestaan.

Zou je daarin willen leven?